Constructive alignment

De vier basisvragen en constructive alignment

📚 De vier basisvragen van onderwijsontwerp

  1. Wat wil ik dat studenten leren? (Leerdoelen / eindtermen) – Wat moeten ze weten of kunnen aan het eind van de les/periode?
  2. Waarom moeten ze dat leren? (Motivatie / relevantie) – Hoe sluit dit aan bij het beroep, vervolgopleiding of hun ontwikkeling?
  3. Hoe leren ze dat het beste? (Didactiek / leeractiviteiten) – Welke werkvormen, begeleiding en leeromgevingen passen hierbij?
  4. Hoe weet ik of ze het geleerd hebben? (Toetsing / evaluatie) – Hoe en wanneer ga je meten of de leerdoelen behaald zijn?

🎯 Constructive alignment (John Biggs)

Constructive alignment betekent dat de leerdoelen, leeractiviteiten en toetsing goed op elkaar afgestemd zijn.

  1. Constructive = studenten bouwen actief kennis op (constructivisme).
  2. Alignment = alles in het onderwijsontwerp moet op elkaar aansluiten.

Een goed aligned lesontwerp voldoet aan:

  1. Leerdoelen zijn duidelijk en meetbaar.
  2. De gekozen leeractiviteiten helpen studenten om die doelen te bereiken.
  3. De toetsing meet precies datgene wat in de doelen staat.

đŸ§© Voorbeeld in de praktijk

Bij een project "Maak een portfolio-website":

  1. Leerdoel: Studenten kunnen een eenvoudige responsive portfolio-website bouwen in HTML/CSS.
  2. Waarom: Relevante beroepsvaardigheid voor webdevelopers.
  3. Leeractiviteiten: Klassikale uitleg, pair programming, zelf oefenen met opdrachten.
  4. Toetsing: Eindpresentatie + beoordeling van de werkende website op codekwaliteit en design.

Als de toets alleen een theorie-examen is over HTML-tags, is er géén constructive alignment. Dan sluit je toets niet aan op het leerdoel.

Navigatie

« Kenmerken van samenwerkend leren Toetscyclus »